De EU bezuinigt zichzelf naar de verdoemenis

In plaats van volop in groene industrie te investeren, wil de EU miljarden euro’s besparen. Het klimaatbeleid zal knarsend tot stilstand komen, voorspelt Hielke Van Doorslaer.  

‘Een sterke en klimaat-neutrale industrie’, ‘strategische industriële onafhankelijkheid’, ‘technologisch leiderschap’, …: het zijn grote en mooie ambities die Europa en het Belgisch voorzitterschap van de Europese Unie naar voren schuiven als de cruciale inzet van de komende jaren.

Tegelijk, en veelbetekenend, moeten we in de krant lezen dat De Lijn zijn elektrische bussen in China gaat aankopen terwijl Vlaamse busbouwers in de kou blijven staan; veroveren Chinese producenten van elektrische auto’s, gesubsidieerd door de Vlaamse overheid, een steeds groter deel van de markt;  dreigt in Duitsland de grootste producent van windmolens te kapseizen; en schroeven Europese vestigingen van grote bedrijven hun ‘groene’ investeringen terug ten voordele van projecten in de VS, waar de Amerikaanse overheid zwaar investeert in het aantrekken en ondersteunen van ‘toekomstgerichte’ industrie.

Het is nog maar het begin van wat een stortvloed aan slecht economisch nieuws zal worden, als Europa doorzet met de nieuwe budgetregels die op tafel liggen. Want terwijl de Europese lidstaten de ene dag verklaren hoe noodzakelijk grote publieke investeringen zijn om onze welvaart veilig te stellen, ontwerpen ze de volgende dag stringente regels die hun eigen ambities compleet onmogelijk maken.

Als de Europese lidstaten de voorstellen voor nieuwe budgetregels goedkeuren, veroordelen ze zichzelf tot strenge besparingen in economisch moeilijke tijden. Onder druk van Duitsland, dat ironisch genoeg vandaag kampt met de gevolgen van een chronisch gebrek aan investeringen in het verleden, zullen landen met een ‘te hoge’ staatsschuld, - lees boven de 90 procent van het bbp,  hun schuld jaarlijks met minstens één procentpunt moeten verminderen, en bovendien zullen de Europese lidstaten hun tekort op middellange termijn niet langer onder de drie procent van het bbp moeten terugdringen, maar een maximaal tekort van 1,5 procent moeten nastreven.

100 miljard euro per jaar

Concreet betekenen de nieuwe budgetregels dat in plaats van te kunnen investeren in groene industrie, de Europese lidstaten volgend jaar alleen al meer dan honderd miljard euro moeten wegknippen, en het jaar nadien nog eens een extra honderd miljard, en het jaar nadien nóg eens … Frankrijk zal het komende jaar 26 miljard euro moeten bezuinigen, Italië 25 miljard, Spanje 14 miljard euro. Maar ook zelfbenoemde “zuinigheidskampioenen” Duitsland en Nederland zullen hun uitgaven met respectievelijk 11 en 6 miljard euro moeten terugschroeven.

 Voor België betekenen de nieuwe regels een bezuinigingsronde van 7,5 miljard euro volgend jaar, en maar liefst dertig miljard euro over vier jaar. Om dat in perspectief te plaatsen: België besteedde in 2022 iets meer dan vijf miljard euro aan defensie, bijna 35 miljard euro aan onderwijs, en 45 miljard euro aan gezondheidszorg. Een verplichte besparing van dertig miljard euro zou dus een enorme impact hebben, en elk nieuw beleid onmogelijk maken. Omgekeerd, als we het gat zouden willen dichten met extra belastingen zou dat neerkomen op het ongedaan maken van àlle toegekende arbeidslastenverlagingen en loonsubsidies  sinds 1996 - en dat maal twee.

Door het gebrek aan investeringen in de industriële omwenteling zal het klimaatbeleid knarsend tot stilstand komen, de industrie uit Europa verdwijnen, en dreigen we nog meer afhankelijk te worden van een buitenland dat ons niet noodzakelijk welgezind is. Het zou uitstel of zelfs afstel betekenen voor weinig sexy maar niet minder noodzakelijke infrastructuurwerken – spoor- en grensoverschrijdende hoogspanningslijnen, havenontsluitingen, rioleringen –, waardoor we onze toekomstige welvaartsgroei op het spel zetten.

Contraproductief

Met de regels dreigt Europa dus vooral zijn eigen versnelde ondergang in te luiden ten opzichte van landen als de VS, China en Japan, die eveneens ambitieuze maar veel concretere plannen koesteren inzake (groen) industrieel beleid maar niet aarzelen om hun begrotingen daarbij wél als instrument en hefboom in te zetten - hoewel de schuldgraden in deze landen (veel) hoger liggen dan in veel Europese lidstaten.

Ten slotte zouden we ondertussen ons lesje wel geleerd moeten hebben, en moeten weten dat een besparingsbeleid wanneer we in zwaar weer dreigen te verzeilen contraproductief is: het is als een zwemmer die naar adem hapt kopje onder duwen, en vervolgens verbaasd zijn dat hij verdrinkt. Het ondermijnt de sociale welvaartsstaat, zal mensen in armoede duwen, en rechts-populisme nog meer de wind in de zeilen geven.  

Europa organiseert zijn eigen stilstand, omdat het in de ban is van een heilloze fetisj.

 

Deze bijdrage verscheen ook bij De Standaard.

Respect voor de poetshulpen? Dat verdien je door goede arbeidsvoorwaarden en een goed preventiebeleid

Dalende PISA-resultaten? Het is de ongelijkheid, domkop!